MENU Menu
of
Nieuws
Home / Nieuws / In memoriam Jan Wauters
11/04/2019
ie-net-vrijwilligers

In memoriam Jan Wauters

(onderstaande tekst werd uitgesproken bij het afscheid van Jan die is overleden op 23 april 2010)

Beste Jeannine, Stefan en Annick en kinderen, familie en vrienden, 

Met Jan ontvalt ons een vriend en een man die in de wereld van de technisch en industrieel ingenieur mee geschiedenis heeft geschreven. 

Na de wetenschappelijke A in het Koninklijk Atheneum Pitzemburg van Mechelen te hebben gevolgd, behaalde hij in het S.I.T.O. Mechelen in juni 1965 het diploma van technisch ingenieur in de mechanica. 

Het moet ongeveer oktober 1968 zijn geweest, toen Jan deel ging uitmaken van het bestuur van de toenmalige Associatie voor Technisch Ingenieurs van het Stedelijk Onderwijs van Mechelen. 

Na een paar jaar meegedraaid te hebben in het lokale bestuur van de schoolvereniging, werd hij afgevaardigd naar de Nationale Unie voor Technisch Ingenieurs in Brussel. Jan viel toen al op door zijn rustige en krachtdadige stijl van werken. Al snel liet hij zich opmerken door zijn grondige dossierkennis. Het duurde niet lang of hij was een belangrijke medewerker in de Commissie Openbare Diensten. Dit lag namelijk in het verlengde van zijn beroepsloopbaan want in die tijd ook al werkzaam bij de Belgische Regie der Posterijen, “de Zegel” aan het station in Mechelen. 

De tijd en de energie die Jan in de ingenieursvereniging investeerde kan moeilijk op juiste wijze worden ingeschat, maar de resultaten zijn hiervan in elk geval een duidelijke exponent. 

Naast zijn activiteiten bij de Nationale Unie in Brussel, bleef Jan ook heel nauw betrokken bij de plaatselijke werking van de A.T.I.S.O.M. In Mechelen trok hij mee aan de kar tijdens de voor de vereniging woelige beginjaren ’80. Als penningmeester maakte hij via een duidelijke budgetopmaak en een werkbare structuur van inkomsten en uitgaven de verenigingskas gezond met een batig saldo, waar voorgangers alleen maar hadden durven van dromen. 

Hij zorgde er mee voor dat de aanvankelijke groep van individualisten werd omgevormd tot een samenhangend en goed draaiend team, waar kameraadschap en samenhorigheid tot op vandaag de drive uitmaken van de organisatie van de vele activiteiten. 

Vanaf 1986 timmerde hij samen met de Mechelse ploeg en met de verenigingen van Antwerpen, Gent, Hasselt, vertegenwoordigers van de Vlaamse Vereniging voor Technisch Ingenieurs en van het Studiecentrum voor Techniek en Ingenieurswetenschappen aan de weg, die in 1991 is uitgemond in de oprichting van de huidige Vlaamse Ingenieurskamer. In deze nieuwe constructie was hij, tot zijn ziekte het hem eind vorig jaar onmogelijk maakte, een gedreven lid van de Raad van Bestuur en gedurende ruim 10 jaar nam hij het voorzitterschap waar van de commissie Openbare Diensten. Samen met zijn collega’s werkte hij mee aan de erkenning van het diploma van de industrieel ingenieur in de openbare besturen. Ook controleerde hij gedurende vele jaren mee de nationale rekeningen als kascommissaris en was hij lid van de raad van penningmeesters. 

Sinds 1993 nam Jan het voorzitterschap waar van de Mechelse afdeling van de Vlaamse Ingenieurskamer. Tijdens de daaropvolgende periode zette hij ondermeer een samenwerking op met de Vlaamse Academici van Mechelen. Hij was steeds aanwezig op de activiteiten, ten ware dat hij voor het postbedrijf op één van zijn talrijke missies was in het buitenland. Ook leidde hij meerdere keren groepen bezoekers van de Vlaamse Ingenieurskamer rond in “zijn postbedrijf”, waar hij niet zonder terechte fierheid de geschiedenis en de vervaardiging van de Belgische postzegel toelichtte. 

Het jarenlang ijveren om tot een goede samenwerking te komen met het hoger instituut De Nayer en zijn afgestudeerden, kreeg vooral gedurende de laatste 2 jaren een positieve respons. Ook hier heeft Jan het pad geëffend voor een verdere hechte samenwerking. 

Jan is een voorbeeld voor jong en oud. Nooit gebruikte hij hoogdravende taal. Steeds legde hij op een duidelijke en klare wijze zijn standpunten voor aan de vergadering ; vroeg hij het idee van de anderen hieromtrent ; nam hij in consensus beslissingen ; werkte hij consequent mee aan de uitvoering ervan. 

Reeds meerdere jaren had hij gevraagd om afgelost te worden als voorzitter van de Mechelse afdeling van de Vlaamse Ingenieurskamer. Maar elke Algemene Vergadering in maart speelden we het klaar om onze goede en goedlachse voorzitter er nog een jaartje langer aan te houden. Ook in maart 2009 hebben we hem dat nog gelapt. 

Toen hij in december van vorig jaar niet meer de kracht had om naar de vergaderingen te komen, was het zijn grote zorg om de opvolging te verzekeren. Begaan met de continuïteit van onze vereniging als geen ander, besprak hij tijdens mijn bezoeken met veel engagement de mogelijkheden en maakten wij afspraken om zijn voornemen ten uitvoer te brengen. Ook daar is hij met glans in geslaagd. 

Ik geloof niet dat wij hier overdrijven om Jan, die gedurende meer dan 40 jaar veel van zijn tijd en zijn energie heeft gespendeerd in het verenigingsleven en de verdediging van de beroepsbelangen van de Vlaamse technisch en industrieel ingenieurs en die een echte ambassadeur voor ons was buiten de vereniging, de status van monument toe te dichten. 

In elk geval zullen wij Jan blijven herinneren en waarderen als een prachtige en warme mens, een goede vriend en een ware collega ingenieur die zeer goed het belang besefte van een team en die bovendien het verstand en de kracht had om het allemaal in goede banen te leiden. 

Jan … bedankt dat wij van dit alles de bevoorrechte getuigen mochten zijn ! Rust in vrede ! 

namens de V.I.K.-vrienden van de afdeling Mechelen.